Sivut kuvina
PDF
ePub

CONTRABANDE.

ARTL XXIV.

De vryheid van navigatie en commercie zal zig uitstrekken tot alle soorten van koopmanschappen, uitgesondert alleen deeze, welke onderscheiden zyn onder den naam van contrabande of verbodene goederen: en onder deeze benoeming van contrabande of verbodene goederen, zullen alleen begreepen zyn de oorlogs ammunitien, of wapenen, als mortieren, geschut met zyne vuurwerken, en het geen daar toebehoort; geweeren, pistoolen, bomben, granaden, buspulver, salpeeter, zwavel, lonten, koogels, pieken, zwaarden, lancien, helbaarden, casquetten, cuirassen, en diergelyk soort van wapentuig, ook soldaten, paarden, zadels, en toerusting van paarden. Alle andere goederen en koopmanschappen, hier boven niet uitdrukkelyk gespecificeert, jaa selfs alle soorten van scheepsmaterialen, hoe zeer dezelve ook zouden mogen zyn geschikt, tot het bouwen of equipeeren van oorlogscheepen, of tot het maken van het een of ander oorlogstuig, te water of te lande, zullen mits dien nog volgens den letter, nog volgens eenige voor te wende interpretatie van dezelve, hoe ook genaamt onder verboodene of contrabande goederen, begreepen kunnen of mogen worden: zoo dat alle dezelve goederen, waaren en koopmanschappen, hier boven niet uitdrukkelyk genoemt, sonder eenig onderscheid zullen mogen worden getransporteert en vervoert in alle vryheid, door de onderdanen en ingezeetenen van beide bondgenooten, van en na plaatsen, aan den vyand toebehoorende, zodanige steeden of plaatsen alleen uitgesondert, welke op die tyt beleegert, geblocqueert of geinvesteert zyn, waar voor alleenlyk worden gehouden de zulke, die door een der oorlogvoerende mogendheeden van na by ingeslooten worden gehouden.

ARTL XXV.

Ten einde alle dissentie en twist mag werden vermyd en voorgekomen, is over een gekomen, dat ingeval een van beide de parthyen in oorlog mogt komen te geraken, de scheepen en vaartuigen, toebehoorende aan de onderdanen of ingezeetenen van de andere geallieerde, met zee-brieven of pasporten, moeten werden voorsien, expresseerende den naam, eigendom en de groote van het schip of vaartuig, als meede den naam, plaats, of woninge van den schipper of bevelhebber van het gemelde schip of vaartuig, ten einde daar by mag blyken, dat het schip reeel en in waarheid aan de onderdanen of ingezeetenen van eene der parthyen toebehoord, welk pasport zal worden opgemaakt en uitge geeven, volgens het formulier, agter dit tractaat gevoegt. Deselve zullen ieder reize, dat het schip thuys is geweest op nieuw verleent moeten zyn, of ten minsten niet ouder mogen zyn, als twee jaar, voorde tyd, dat het schip laast is thuys geweest.

Het is insgelyks vastgestelt, dat zodanige scheepen of vaartuigen gelaaden zynde, moeten weezen voorsien, niet alleen met pasporten of zeebrieven bovengemeld; maar ook met een generaal pasport of particuliere pasporten, of manifesten, of andere publicque documenten, die in de havenen, van waar de scheepen laast gekomen zyn, gewoonlyk gegeeven worden aan de uitgaende scheepen, inhoudende een specificatie van de lading de plaats van waar het schip gezeild is, en waar heenen het gedestineert is, of by gebreeke van alle deselve met certificaten van de magistraten of gouverneurs der steeden, plaatsen en colonien, van waar het schip vertrokken is, in de gewoonde form gegeeven, op dat geweeten kan worden, of eenige verboode of contrabande goederen, aan boord van de scheepen zyn, en of zy daar meede na's vyands landen gedestineert zyn, of niet. En by aldien iemand goetdunkt of raadzaem vind, om in de gemelde bescheiden uit te drukken de persoonen, aan wien de aan boord zinde goederen toekomen, vermag hy

it; and the omission of such expression cannot and ought not to cause a confiscation.

How ships and vessels are to

be treated, when met by ships of war or privateers.

ARTICLE XXVI.

If the vessells of the said subjects or inhabitants of either of the parties, sailing along the coasts or on the high seas, are met by a vessell of war, or privateer, or other armed vessell of the other party, the said vessells of war, privateers, or armed vessells, for avoiding all disorder, shall remain without the reach of cannon, but may send their boats on board the merchant vessel, which they shall meet in this manner, upon which they may not pass more than two or three men, to whom the master or commander shall exhibit his passport, containing the property of the vessell, according to the form annexed to this treaty: And the vessell, after having exhibited such a passport, sea-letter and other documents, shall be free to continue her voyage, so that it shall not be lawfull to molest her, or search her in any manner, nor to give her chase nor to force her to alter her course.

Lawful for

commanders of vessels to take

into their ser

ARTICLE XXVII.

It shall be lawfull for merchants, captains and commanders of vesmerchants and sells, whether public and of war, or private and of merchants, belonging to the said United States of America, or any of them, or to their subjects and inhabitants, to take freely into their service, and receive on board of their vessells, in any port or place in the jurisdiction of their longing to either High Mightinesses aforesaid, seamen or others, natives or inhabitants of any of the said states, upon such conditions as they shall agree on, without being subject for this, to any fine, penalty, punishment, process or reprehension whatsoever.

vice seamen and others be

nation.

And reciprocally, all merchants, captains and commanders, belonging to the said United Netherlands, shall enjoy, in all the ports and places under the obedience of the said United States of America, the same priviledge of engaging and receiving seamen or others, natives or inhabitants of any country of the domination of the said States General: Provided, that neither on one side nor the other, they may not take into their service such of their countrymen who have already engaged in the service of the other party contracting, whether in war or trade, and whether they meet them by land or sea; at least if the captains or masters under the command of whom such persons may be found, will not of his own consent discharge them from their service; upon pain of being otherwise treated and punished as deserters.

Ratification.

ARTICLE XXVIII.

The affair of the refraction shall be regulated in all equity and justice, by the magistrates of cities respectively, where it shall be judged that there is any room to complain in this respect.

ARTICLE XXIX.

The present treaty shall be ratified and approved by their High Mightinesses the States General of the United Netherlands, and by the United States of America; and the acts of ratification shall be delivered,

zulks vryelyk te doen, sonder egter daar toe gehouden te syn, of dat gebrek van die uitdrukking geleegenheid tot confiscatie kan of mag geeven.

ARTL XXVI.

Indien de scheepen of vaartuigen van de gemelde onderdanen of ingezeetenen van een van beide de parthyen, zeilende langs de kusten off in de open zee, ontmoet zullen worden door eenig schip van oorlog, kaper, of gewapend vaartuig van de andere parthy, zullen de gemelde oorlog-scheepen, kapers of gewapende vaartuigen tot vermyding van alle disordre, buiten bereik van het geschut blyven, dog hunne booten mogen zenden aan boord van het koopvaardy schip, welke zy op die wys zullen ontmoeten, en op het zelve mogen overgaan ten getalle alleen van twee a drie man, aan wien de schipper of bevelhebber van zodanig schip of vaartuig zyn pasport zal vertoonen, inhoudende den eigendom van het schip of vaartuig ingevolge het formulier, agter dit tractaat gevoegt, en zal het schip of vaartuig na de vertooning van dusdanig pasport, zee-brief en verdere bescheiden vry en liber zyn, om deszelfs reis te vervolgen, zoo dat niet geoorloft zal zyn het zelve op eenigerhande wyze te molesteeren of doorzoeken, nog jagt op haar te maken, of het selve te forceeren, haare voorgenomen cours te verlaten.

ARTL XXVII.

Het zal geoorloft zyn aan kooplieden, capiteins, en bevelhebbers van scheepen, het zy publicque en ten oorlog, of particuliere en ter koopvardy vaarende, toebehoorende aan de gemelde Vereenigde Staten van America, of eenige van dezelve, of aan de onderdanen en ingezeetenen van eenige derzelve, vryelyk in hunne dienst aan te neemen, en aan boord van haare gemelde scheepen te ontfangen, in iedere der havens of plaatsen onder de jurisdictie van voornoemde Haar Hoog Mogende, eenige bootsgezellen of anderen, zynde inboorlingen of ingezeetenen van eenige der gemelde Staten, op zulke voorwaarden, als zal werden overeen gekomen, zonder daar voor aan eenige boete, pœne, straffe, proces of berisping hoegenaamt onderheevig te zyn.

En zullen reciproquelyk alle kooplieden, capiteinen en bevelhebbers van scheepen, behoorrende tot de voorschreeven Vereenigde Nederlanden, in alle de havens en plaatsen, onder het gebied van de gemelde Vereenigde Staten van America, het zelve voorregt genieten tot aanneeming en ontfangen van bootsgezellen of anderen, zynde inboorlingen of ingezeetenen van eenige der domeinen van de gemelde Staten Generaal, met dien verstande, dat men nog aan de eene nog aan de andere zyde zig zal mogen bedienen van zodanige zyner landsgenooten, die zig reeds in dienst van de andere contracteerende parthye, het zy ten oorlog het zy op koopvaardy scheepen, heeft geengageert, het zy men deselve aan de vaste wal, dan wel in zee zoude mogen ontmoeten, ten minsten indien de capiteinen of schippers, onder wiens bevel zodanige persoonen zig mogten bevinden, deselve niet vrywillig uit húnnen dienst wilde ontslaan, oppone dat dezelve andersints op den voet van weglopers zullen worden behandelt, en gestraft.

ARTL XXVIII.

De toeleg voor refractie zal in alle reedelykheid en billykheid worden gereguleert by de magistraten der respective steeden, alwaar men oordeelt, dat eenige bezwaaren desweegens plaets hebben.

ARTL XXIX.

Het tegenwoordig tractaat zal werden geratificeert en geapprobeert by Hoogstgemelde Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden, en Hoog gemelde Vereenigde Staten van America, en zullen de acten van

in good and due form, on one side and on the other, in the space of six months, or sooner if possible, to be computed from the day of the signature.

In faith of which, We the Deputies and Plenipotentiaries of the Lords the States General of the United Netherlands, and the Minister Plenipotentiary of the United States of America, in virtue of our respective authorities and full powers, have signed the present treaty, and apposed thereto the seals of our arms.

Done at the Hague the eight of October, one thousand seven hundred eighty-two.

(L. S.) JOHN ADAMS.

Oct. 8, 1782.

When vessels

of either nation shall be re-captured, how they shall be restored.

CONVENTION

Between the Lords the States General of the United Netherlands, and the United States of America, concerning Vessells re-captured.

THE Lords the States General of the United Netherlands, and the United States of America, being inclined to establish some uniform principles with relation to prizes made by vessells of war, and commissioned by the two contracting powers, upon their common enemies, and to vessells of the subjects of either party, captured by the enemy, and re-captured by vessells of war commissioned by either party, have agreed upon the following articles.

ARTICLE I.

The vessells of either of the two nations re-captured by the privateers of the other, shall be restored to the first proprietor, if such vessells have not been four and twenty hours in the power of the enemy, provided the owner of the vessell re-captured, pay therefor one third of the value of the vessell, as also of that of the cargo, the cannons and apparel, which third shall be valued by agreement, between the parties interested; or, if they cannot agree thereon among themselves they shall address themselves to the officers of the admiralty, of the place where the privateer who has re-taken the vessell shall have conducted her.

When they

shall belong to the re-captor.

ARTICLE II.

If the vessell re-captured has been more than twenty-four hours in the power of the enemy, she shall belong entirely to the privateer who has re-taken her.

ratificatien van de eene en de anderezyde in goede en de behoorlyke forme werde overgeleeverd binnen den tyd van zes maanden, ofte eerder zo het zelve kan geschieden, te reekenen van den dag van de onderteekening.

Ten oirkonde deezes, hebben wy Gedeputeerden, en Plenipotentiarissen van de Heeren Staten Generaal der Vereenigde Neederlanden, en Minister Plenipotentiaris der Vereenigde Staten van America, uitkragte van onze respective authorisatie en plein pouvoir, deeze onderteekent, en met onze gewoone cachetten bekragtigt.

In den Hage den agtsten October, een duysent seeven hondert twee en tagtig.

(L. S.) GEORGE VAN RANDWYCK.

L. S. B. V. D. SANTHEUVEL.

[blocks in formation]

Tusschen de Heeren Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden en Vereenigde Staten van America, rakend de hernomen Scheepen.

DE Heeren Staten Generaal der Vereenigde Nederlanden, en Vereenigde Staten van America, geneegen synde, eenige gelykvormige grond beginzelen vast te stellen, omtrent het opbrengen van prysen, door de oorlogscheepen en commissie-vaarders van wedersys contracteerende parthyen, op derselver gemeene vyanden genomen, en omtrent de scheepen van elkanders onderdanen, door den vyand genomen, en by de oorlogscheepen en commissie-vaarders van weederzyden hernomen zyn met den anderen over eengekomen, omtrent de navolgende articulen.

ARTICLE I.

De scheepen van eene der beide natien door kapers van den andere hernomen, zullen aan den eersten eigenaer wedergegeeven worden, indien die scheepen nog geen vier en twintig uuren in de magt van den vyand geweest zyn, mits door den eigenaer van het hernoome schip daar voor betaald worde een derde van de waarde van het schip mitsgaders van de laading, canons, en scheepstoerustingen, welk derde in der minne begroot zal worden door de geinteresseerde parthyen; of andersints, en zoo zy desweegens niet over een konden komen, zullen zy zich adresseeren aan de bedienden der admiraliteit van de plaats alwaar de kaper die het schip hernomen heeft, het zelve zal hebben opgebracht.

ARTICLE II.

Indien het hernomen schip langer dan vier en twintig uuren in's vyands magt geweest is, zal het in'tgeheel aan den kaper, die het zelve hernomen heeft, toebehooren.

« EdellinenJatka »